Een veilige haven, waar elk kind gewoon kind mag zijn.

Irfan Oztas

Voor mij is Ons Kinderhuis altijd een veilige haven geweest. Een plek waar veiligheid en geborgenheid centraal stonden. In Ons Kinderhuis konden mijn broers, zusje en ik weer onbezonnen kind zijn en even onze zorgen vergeten. Er hing in onze leefgroep hoog tegen de muur een tekst met de leuze: "Doe een ander niet aan wat je zelf ook niet graag zou meemaken." Die boodschap is me altijd bijgebleven en helpt me vandaag nog steeds om zorg te dragen voor anderen en hen met liefde te benaderen. Ik denk vaak terug aan mijn tijd daar. Eén herinnering blijft me altijd bij: op een nacht werd ik wakker gemaakt door Sylvie, de toenmalige nachtbegeleidster. Het brandalarm was afgegaan, en terwijl iedereen naar buiten was gerend, lag ik nog diep te slapen. Achteraf ben ik haar daar enorm dankbaar voor — en kan ik er goed om lachen. Ook leerde ik er fietsen dankzij een begeleider en bakten we samen verloren brood. De wandelingen en activiteiten zorgden telkens voor nieuwe avonturen.En dan was er tante Wilma, die ons vaak meenam naar haar huis waar we met haar konijnen mochten spelen. Dat soort momenten blijven me dierbaar. Het was een mooie en zorgeloze tijd, waar ik met veel blijdschap én bewondering op terugkijk. Eén voor één waren het toppers — van de directie en begeleiding tot het onderhoudspersoneel, de medewerkers van de keuken en de vrijwilligers. Zij maakten Ons Kinderhuis tot die veilige haven waarin ieder kind gewoon weer kind kon zijn.